Internet is een belangrijke bron van informatie over de gezondheid geworden voor patiënten met kanker. Niet alleen wordt internet gebruik om kanker gerelateerde informatie te verkrijgen, maar ook eHealth, het gebruik van informatie- en communicatietechnologie ter ondersteuning van de gezondheidszorg wordt steeds vaker ingezet. AYA’s (adolescenten en jongvolwassenen; 18-39 jaar ten tijde van diagnose) kunnen worden beschouwd als ‘digital natives’. Dat wil zeggen dat ze zijn opgegroeid met online technologie. Ze werken in hun dagelijks leven met internet en aanverwante technologieën. Het is waarschijnlijk dat AYA’s meer gewend zijn om internet te gebruiken, terwijl oudere kankerpatiënten de voorkeur geven aan andere manier van informatievoorziening om gezondheid gerelateerde informatie te verkrijgen.
Inzicht voor betere begeleiding
Eind vorig jaar verscheen er een wetenschappelijk artikel in het blad Cancers, waarin door middel van een vragenlijstonderzoek werd onderzocht wat de verschillen zijn in kanker-gerelateerd internetgebruik onder AYA’s en oudere kankerpatiënten (40+ jaar ten tijde van de diagnose). Meer inzicht in verschillen tussen AYA’s en oudere volwassenen geven zorgverleners informatie over hoe kankerpatiënten van verschillende leeftijden het beste kunnen worden begeleid bij kanker gerelateerd internetgebruik.
Dit onderzoek werd onder andere uitgevoerd door enkele onderzoekers van de COMPRAYA studie, zo ook eerste auteur Carla Vlooswijk.
Andere onderwerpen en beter geïnformeerd
De auteurs van de wetenschappelijke publicatie vonden dat AYA’s vaker dagelijks zochten naar kanker gerelateerde informatie op internet voor diagnose (45% vs. 37%), na diagnose (71% vs. 62%) en tijdens de behandeling (65% vs. 59%) in vergelijking met oudere kankerpatiënten. Gedurende follow-up zochten AYA’s minder vaak op internet in vergelijking met oudere kankerpatiënten (15% versus 17%). AYA’s zochten vaker op onderwerpen zoals: alternatieve of complementaire therapieën, behandelrichtlijnen, vruchtbaarheid, levenseinde, seksualiteit en intimiteit, leefstijl en verzekeringen. Terwijl oudere volwassenen juist vaker zochten naar onderwerpen zoals: type kanker, kanker genetica en erfelijkheid, financiële problemen en lotgenotencontact. AYA’s voelden zich beter geïnformeerd (75%) na het zoeken naar kanker gerelateerde informatie in vergelijking met oudere kankerpatiënten (65%) en hadden minder onvervulde behoeften met betrekking tot toegang tot hun eigen medische zorg informatie (22% vs. 47%).
Belangrijkste verschillen
Er werd geconcludeerd dat AYA’s vaker, dagelijks/meerdere keren per week, in de diagnose- en behandelingsfase gebruik maakten van kanker gerelateerd internetgebruik dan oudere kankerpatiënten. Ook zochten AYA’s op andere onderwerpen dan ouderen en lijken ze minder onvervulde behoeften te hebben op het gebied van online inzicht in hun eigen medische gegevens. Het is belangrijk dat patiënten betrouwbare informatie makkelijk kunnen vinden. Verder geven ze aan dat er meer hoogopgeleide patiënten deelnamen aan de studie en dat de lager opgeleide patiënten in deze studie dus ondervertegenwoordigd waren. Daarom wordt er aanbevolen om een studie te doen naar internetgebruik en eHealth behoeften bij lager opgeleide kankerpatiënten.
Meer weten? Lees hier het volledige artikel:
Carla Vlooswijk, Olga Husson, Emiel J Krahmer, Rhodé Bijlsma, Suzanne E J Kaal, Sophia H E Sleeman, Lonneke V van de Poll-Franse, Winette T A van der Graaf, Nadine Bol, Mies C van Eenbergen. Differences in Internet Use and eHealth Needs of Adolescent and Young Adult Versus Older Cancer Patients; Results from the PROFILES Registry. Cancers, 2021 Dec 16;13(24):6308. doi: 10.3390/cancers13246308.
Lees hier meer over de verbetering van online dienstverlening voor AYA’s als onderdeel van de COMPRAYA-studie.
Tekst: Carla Vlooswijk
Beeld: Photo by John Schnobrich on Unsplash